Arbo onderzoek trillingen op de werkplek

Afdrukken
Inleiding

Langdurige blootstelling aan mechanische trillingen op de arbeidsplaats kan schadelijk zijn voor de gezondheid. Bij blootstelling aan mechanische trillingen gaat het om direct contact van het lichaam met een trillende vloer of trillende onderdelen. Blootstelling aan mechanische trillingen onderscheidt zich van blootstelling aan geluid, doordat het bij geluid niet gaat om een direct contact met een voorwerp maar om het contact met luchtmoleculen. Met betrekking tot mechanische trillingen wordt onderscheid gemaakt tussen situaties waarbij het gehele lichaam in beweging wordt gebracht (lichaamstrillingen) en situaties waarbij voornamelijk de handen en armen van de werknemers worden belast (hand-arm trillingen).

Blootstelling aan mechanische trillingen kan nadelige gevolgen hebben voor de gezondheid of het welbevinden van werknemers. Blootstelling aan lichaamstrillingen kan ondermeer leiden tot rugklachten, maag- en / of darmaandoeningen. Gevolgen van blootstelling aan hand-arm trillingen kunnen zijn: afwijkingen in botten, spieren en gewrichten, afwijkingen in het zenuwstelsel en in de doorbloeding van handen en armen (dit kan zelfs leiden tot witte vingers ofwel het hand-arm vibratie syndroom).

Wettelijk kader

Op 25 juni 2003 is een Europese Richtlijn gepubliceerd (Richtlijn 2002/44/EG) met minimum voorschriften voor de bescherming van werknemers tegen de risico's van trillingen op het werk. In juni 2005 is deze Europese Richtlijn opgenomen in het Arbobesluit (hoofdstuk 6, afdeling 3a).

In de richtlijn worden actie- en grenswaarden genoemd. De actiewaarden geven aan boven welke grens de werkgever de risico's moet bepalen, beoordelen en een programma van maatregelen moet opstellen en uitvoeren om de blootstelling en de risico's tot een minimum te beperken. Grenswaarden geven de maximaal toegestane blootstelling aan. Werknemers mogen in geen geval worden blootgesteld aan trillingen boven de grenswaarde.

Voor hand-arm trillingen geldt een actiewaarde van 2,5 m/s2. De grenswaarde bedraagt 5 m/s2. Deze actie- en grenswaarden gelden voor een blootstelling gedurende 8 uur per dag. Voor lichaamstrillingen geldt een actiewaarde van 0,5 m/s2. De grenswaarde bedraagt 1,15 m/s2. Ook deze waarden gelden voor een blootstelling van 8 uur per dag.

Lichaamstrillingen

Bij lichaamstrillingen worden metingen uitgevoerd volgens de norm ISO 2631-1. Hierbij wordt er qua frequentiebereik onderscheid gemaakt tussen trillingen van 0,1 tot 0,5 Hz en van 0,5 tot 80 Hz. Trillingen behorende bij het eerst genoemde frequentiebereik kunnen bewegingsziekte veroorzaken in bijvoorbeeld boten en auto’s. Trillingen in het tweede frequentiebereik zijn van belang met betrekking tot gezondheid, comfort en perceptie.

Trillingsrichtingen voor lichaamstrillingen

Trillingsrichtingen voor lichaamstrillingen


In de bovenstaande figuur (bron: ISO 2631-1) zijn voor een zittende persoon alle mogelijke trillingsvormen weergegeven. Bij het beoordelen van lichaamstrillingen wordt rekening gehouden met de richting van de trilling. Zo is een mens het meest gevoelig voor trillingen rond 1 Hz in horizontale richting en rond 6 Hz in verticale richting, evenwijdig aan de wervelkolom. Daarnaast wordt uiteraard ook rekening gehouden met de blootstellingsduur.

Hand-arm trillingen

Met betrekking tot hand-arm trillingen geldt de norm ISO 5349-1. Bij hand-arm trillingen treden de trillingen (logischerwijs) binnen via de handen. De trillingsmetingen vinden derhalve plaats op het trillend apparaat waar de werknemer mee werkt. In de volgende figuren zijn de mogelijke trillingsrichtingen weergegeven voor een “handgreep” positie en een “vlakke handpalm” positie.

Trillingsrichtingen voor hand-arm trillingen

Trillingsrichtingen voor hand-arm trillingen


Net als bij lichaamstrillingen wordt ook bij hand-arm trillingen rekening gehouden met de gevoeligheid van de waarnemer (de gevoeligheid voor hand-arm trillingen blijkt het hoogst bij 10 Hz) en de blootstellingsduur.

Metingen

Het meten, analyseren en beoordelen van lichaamstrillingen en hand-arm trillingen vergt veel ervaring en de inzet van gespecialiseerde meetapparatuur. Greten Raadgevende Ingenieurs beschikt naast ervaren specialisten over multikanaals meetinstrumenten en 3D trillingsopnemers om deze trillingen te registreren en te analyseren. Bij sommige trillingen worden ook speciale opnemers ingezet, zoals zittingsopnemers bij zitvlaktrillingen (deze komen bijvoorbeeld veelvuldig voor bij heftrucks, tractoren, bussen e.d.).

Beoordeling en advies

Naast het beoordelen van de meetresultaten, waarbij wordt getoetst aan actie- en grenswaarden, zullen de vakspecialisten van Greten Raadgevende Ingenieurs ook maatregelen adviseren om de optredende trillingsbelasting zoveel als mogelijk te reduceren. Dit kan op allerlei manieren, waaronder het beperken van de blootstellingsduur of het adviseren van bron- en overdrachtsmaatregelen. Hiervoor is een breed scala aan oplossingsmogelijkheden te bedenken. Bij heftrucktrillingen kan men bijvoorbeeld denken aan het verbeteren van het wegdek waar de heftruck over rijdt (bronmaatregel) of het beter afveren van de stoel van de heftruck (overdrachtsmaatregel).

Bij het adviseren van maatregelen is niet alleen de technologie van belang. Ook de economische haalbaarheid en praktische uitvoerbaarheid speelt een belangrijke rol.
 

Wij maken gebruik van cookies voor Google Analytics om het bezoekersgedrag en verkeer op onze website te analyseren. Meer weten? Bekijk onze privacyverklaring.

Ik accepteer deze cookies